Regional wage differences in the Netherlands: Micro-evidence on agglomeration externalities

Based on micro-data on individual workers for the period 2000–2005, we show that regional wage differentials in the Netherlands are small but present. A large part of these differentials can be attributed to individual characteristics of workers. Remaining effects are partially explained by variations in employment density, with an elasticity of about 3.8 percent and by Marshall-Arrow-Romer externalities, where doubling the share of a (2-digit NACE) industry results in a 2.4 percent higher productivity. We find evidence for a negative effect of competition (associated with Porter externalities) and diversity (associated with Jacobs externalities).

Agglomeration externalities, innovation and regional growth: Theoretical perspectives and meta-analysis

Technological change and innovation and are central to the quest for regional development. In the globally-connected knowledge-driven economy, the relevance of agglomeration forces that rely on proximity continues to increase, paradoxically despite declining real costs of information, communication and transportation. Globally, the proportion of the population living in cities continues to grow and sprawling cities remain the engines of regional economic transformation. The growth of cities results from a complex chain that starts with scale, density and geography, which then combine with industrial structure characterised by its extent of specialisation, competition and diversity, to yield innovation and productivity growth that encourages employment expansion, and further urban growth through inward migration. This paper revisits the central part of this virtuous circle, namely the Marshall-Arrow-Romer externalities (specialisation), Jacobs externalities (diversity) and Porter externalities (competition) that have provided alternative explanations for innovation and urban growth. The paper evaluates the statistical robustness of evidence for such externalities presented in 31 scientific articles, all building on the seminal work of Glaeser et al. (1992). We aim to explain variation in estimation results using study characteristics by means of ordered probit analysis. Among the results, we find that the impact of diversity depends on how it is measured and that diversity is important for the high-tech sector. High population density increases the chance of finding positive effects of specialisation on growth. More recent data find more positive results for both specialization and diversity, suggesting that agglomeration externalities become more important over time. Finally, primary study results depend on whether or not the externalities are considered jointly and on other features of the regression model specification

Kosten van allogene stamceltransplantaties

Allogene stamceltransplantatie is een topspecialistische procedure die met succes kan worden ingezet in de behandeling van (hematologische) maligniteiten, met name bij leukemie. Van oudsher worden transplantaten van verwante donoren gebruikt, maar met de mogelijkheden om transplantaten van onverwante donoren te gebruiken, neemt de toepassing van allogene transplantaties toe. De tarieven die voor deze transplantaties gelden, liggen op dit moment rond de f 140.000,-. De vier Nederlandse ziekenhuizen die allogene transplantaties in een structureel programma uitvoeren, ervaren dit bedrag als verre van toereikend. Het aantal transplantaties neemt jaarlijks toe, maar de financiële mogelijkheden van de instellingen om aan deze "vraag" te voldoen, schieten ernstig tekort. Ter vergelijking: in Duitsland liggen de tarieven voor allogene transplantaties op dit moment op f 282.500,- (verwante donoren, exclusief kosten om de donor te vinden) en f 395.500,- (onverwante donoren, exclusief kosten om de donor te vinden). In Frankrijk is het tarief ongeveer f 285.000,-. Om opheldering te krijgen over deze discrepantie zijn in dit onderzoek de werkelijke kosten bepaald van het uitvoeren van allogene stamceltransplantaties, inclusief de follow-up tot maximaal twee jaar na de start van de behandeling en de kosten om een geschikte donor te vinden. Deze analyse is uitgevoerd in de vier Nederlandse centra die inmiddels een jarenlange ervaring hebben opgebouwd door het uitvoeren van een groot aantal allogene stamceltransplantaties (Universitair Medisch Centrum Utrecht, Academisch Ziekenhuis Rotterdam, Universitair Medisch Centrum St. Radboud te Nijmegen en Leids Universitair Medisch Centrum). De kosten zijn zoveel mogelijk bepaald op basis van gegevens van patiënten die zo'n transplantatie ondergingen. De kosten van een transplantatie met een transplantaat van een verwante donor bedragen ongeveer f 216.000,- per patiënt. Hierin is echter reeds rekening gehouden met het feit dat niet alle patiënten de twee beschouwde jaren overleven. Een patiënt die na twee jaar nog in leven is, heeft ongeveer f 231.000,- aan kosten gegenereerd. Voor transplantaties met onverwante donoren komen de kosten per patiënt op ongeveer f 334.500,- (en f 382.500,- indien de patiënt na twee jaar nog in leven is). De voornaamste reden waarom de kosten bij onverwante transplantaties hoger zijn, is dat de kosten om een geschikte donor te vinden belangrijk hoger zijn bij dit type transplantaties. De werkelijke kosten van allogene stamceltransplantaties zijn al met al belangrijk hoger dan de huidige tarieven. Om deze toponcologische procedure in de toekomst te kunnen blijven uitvoeren op het kwaliteitsniveau waarvoor de vier centra inmiddels garant staan, is het van het grootste belang dat de tarieven voor deze transplantaties worden bijgesteld

De zelfmetende mens

Quantified Self werd in 2007 geïntroduceerd als naam voor de mens die op zoek is naar persoonlijk betekenis uit persoonlijke data. Het is een beweging die sindsdien wereldwijd mensen bij elkaar brengt voor een dialoog over zelfkennis door getallen. In dit artikel wordt de zelfmetende mens geïntroduceerd en belicht vanuit verschillende perspectieven met als doel te duiden wat deze beweging kan betekenen voor de gezondheidszorg